Een eersteklas oplossing voor het lerarentekort?

Op veel basisscholen zijn kunstdocenten actief. Ze worden gewaardeerd om hun expertise en waardevolle bijdrage aan cultuuronderwijs. Het huidige lerarentekort was in Rotterdam en Groningen aanleiding te onderzoeken of je kunstdocenten breder kunt inzetten en wat daarbij nodig is. Dit resulteert in pilots waarin Rotterdamse en Groningse culturele instellingen pabo's bij opleidings- trajecten voor kunstdocenten betrekken.
Kunstzone 2023/01, auteur: Piet Hagenaars
Kunstzone, kunstdocenten in de basisschool

De inzet van bekwame kunstdocenten in de basisschool is om meerdere redenen van belang. De belangrijkste reden is dat het groepsleerkrachten niet lukt om alle kunstvakken op niveau te verzorgen (Van Essen et al., 2019). Leerlingen moeten leren hoe ze beelden, muziek, taal, spel en beweging kunnen gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. Waar mogelijk worden daarbij onderwerpen gebruikt die samenhangen met die uit andere leergebieden (zie de kerndoelen, 2006). Ook vraagt elk kunstvak van de leerling om te maken, doen, kijken, luisteren én na te denken over eigen kunstproducten, die van medeleerlingen en kunstenaars. Dan moet een groepsleerkracht wel over veelsoortige kennis en vaardigheden beschikken om kunstvakken passend te kunnen verzorgen.

Slim organiseren

In Rotterdam namen SKVR en KCR samen het initiatief om met inzet van kunstdocenten aan te sluiten bij Slim Organiseren, een stedelijk plan om het lerarentekort terug te dringen. Tegelijkertijd wilden ze het cultuuronderwijs versterken door duurzame samenwerking van basisscholen met kunstdocenten te stimuleren. Scholen krijgen gedurende een schooljaar, één of meerdere kunstdocenten in hun team. De gemeente ondersteunt de pilot met middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs. KCR is in gesprek met andere Rotterdamse culturele instellingen om ook aan de pilot deel te nemen. 

De inzet van de kunstdocenten op de vraag van de deelnemende Rotterdamse scholen is nogal verschillend. Geen kunstlessen van een uurtje bijvoorbeeld, maar wekelijks een dagdeel werken aan projecten en thema's die de school belangrijk vindt. Of samenwerken met de leerkracht; door de leerlingengroep te splitsen kan de leerkracht zijn aandacht richten op een kleinere groep, terwijl de anderen les krijgen van de kunstdocent. Zo dragen ze bij aan het sociaal-emotioneel leren en de inbedding van cultuuronderwijs in het schoolcurriculum. 

Onderdeel van de pilot is een brede tweejarige opleiding voor bekwame kunstdocenten die vanuit hun kunstvak een bijdrage willen leveren aan het terugdringen van het lerarentekort. Met het opleidingstraject Level up biedt de Thomas More Academie deze kunstdocenten een opleidingstraject aan, dat is gericht op het versterken van hun pedagogische kennis en vaardigheden. Tegelijkertijd is het de bedoeling dat kunstdocenten de taal van de groepsleerkracht leren spreken. Bovendien leren ze hoe ze 'over de randen van hun kunstvak' verbanden kunnen leggen met andere leergebieden. De kunstdocenten krijgen keuzemodules zoals wereldoriëntatie en taal. Ook lopen ze stage op een basisschool, waar ze opdrachten uitvoeren.

Sylvia Wiegers (SKVR) en Josien de Geus (KCR) coördineren de pilot. Bij de plaatsing van kunstdocenten wordt rekening gehouden met de wensen van de scholen. 'Activiteiten worden,’ aldus Wiegers en De Geus, 'uitgevoerd zonder groepsleerkracht of mét de groepsleerkracht als duo; bij samenwerking tussen leerkracht en vakkracht werkt ieder vanuit zijn eigen expertise met de leerlingen. Ze krijgen daardoor inzicht in elkaars aanpak en de impact daarvan op de leerlingen.'

Kunstdocenten in het basisonderwijs

De gemeente Groningen wil cultuur in het basisonderwijs versterken door korte- en langetermijnactiviteiten. Het zwaartepunt ligt op het in gang zetten van activiteiten die ook na de NPO-periode (na het schooljaar 2024-2025) voortgezet kunnen worden. Een van die activiteiten is de opleiding Kunstdocent in het basisonderwijs. Deze is dit jaar gestart, na vooronderzoek naar scholing en inzet van kunstdocenten door Inger van Til (Cultuurkracht). De Hanze- pabo (Elsje Huij) voert samen met VRIJDAG (Maartje Ghijsen) en K&C (Marieke Satter) deze eenjarige opleiding uit. Cultuurkracht doet de monitoring en kwaliteitszorg. 

Het doel is kunstdocenten zodanig te scholen dat ze breed in het primair onderwijs aan het werk kunnen. Bovendien wil de gemeente Groningen met dit project het lerarentekort verminderen. Kunstdocenten zijn, naast 16 lesdagen, tenminste een dag in de week betaald op school om onderwijsactiviteiten uit te voeren. Dat doen ze uitgaande van het schoolcurriculum en in duurzame relatie met het schoolteam. Van Til merkt op 'dat het geen verwaterde kunstlessen mogen worden; het karakteristieke van het kunstvak wordt bewaakt.'

Tijdens de opleiding leert de kunstdocent vanuit zijn kunstvak een stevige verbinding te leggen met de basisschool. Scholen vragen om kunstdocenten die structureel verbonden willen zijn aan de school. De docenten moeten kennis hebben van de ontwikkeling van de basisschoolleerling, van leerprocessen bij jonge kinderen, van het schoolcurriculum en van het reilen en zeilen van een basisschool. Elke lesdag bestaat uit een 'community of learning' (leervragen van cursisten) en vaste onderwijsonderdelen. Tijdens de stage voeren de cursisten thematische projecten uit die aansluiten bij andere leergebieden. De opleiding en het studiemateriaal zijn gratis; cursisten krijgen een vergoeding voor de reiskosten.

Een belangrijke ontwikkeling

Bovenstaande initiatieven zijn inspirerende voorbeelden van hoe kunstdocenten met groepsleerkrachten in staat worden gesteld om het leergebied kunstzinnige oriëntatie praktisch vorm te geven en zorg te dragen voor samenhang in het schoolcurriculum. Terwijl tegelijkertijd de maatschappelijke problemen van werkdruk en lerarentekort minder worden.